Vaccinatie voor kinderen van 5 tot 11 jaar
Samen kunnen we corona onder controle krijgen. Door iedereen te vaccineren. Ook jonge kinderen. Zo kan het virus zich minder en moeilijker verspreiden. Door je kind te laten vaccineren, wordt het beschermd tegen COVID-19 én raakt het gezins-, school- en vrijetijdsleven van kinderen minder verstoord. Laat je kind dus vaccineren. Want beter beschermd, da’s samen blijven leren, sporten en spelen!
De vaccinatie van kinderen wordt wereldwijd nauwgezet opgevold en bestudeerd. Inzichten uit nieuwe studies en data worden zo snel mogelijk toegevoegd op deze pagina. Minstens wekelijks vullen we de beschikbare informatie aan.
Wanneer start de vaccinatie?
Alle kinderen van 5 tot en met 11 jaar krijgen de kans zich te laten vaccineren tegen COVID-19 en ontvangen hiervoor de komende weken een uitnodigingsbrief met informatie. Kinderen met onderliggende aandoeningen zullen daarbij voorrang krijgen. De vaccinatie is niet verplicht, maar verkleint het risico op besmettingen en ziekte en biedt zo voordelen voor het kind en de maatschappij.
Uitnodiging voor vaccinatie
Elk kind dat in Vlaanderen woont ontvangt via de post een uitnodigingsbrief voor vaccinatie.
Kinderen kunnen hun uitnodiging ook digitaal ontvangen via 'my e-box'. Die moet wel op voorhand geactiveerd worden via een kids-ID met pincode. Voor kinderen van 6 jaar tot 12 jaar met Belgische nationaliteit kunnen de ouders zo'n kids-ID aanvragen.
5 redenen om je kind te vaccineren tegen COVID-19
1. Bescherm de gezondheid van kinderen
Vaccinatie beschermt kinderen zeer goed tegen milde en zware ziekte door COVID-19.
Met de huidige varianten van COVID-19 worden jonge kinderen gelukkig maar zelden erg ziek van COVID-19.
Toch is er een klein risico op ernstige ziekte en ziekenhuisopnames bij kinderen.
Momenteel (13/01/2022) is de Omicron-variant dominant geworden. Nieuwe signalen duiken op uit het verenigd Konikrijk dat er met de nieuwe Omicron-variant meer ziekenhuisopnamen van kinderen zijn als voorheen, voornamelijk bij kinderen jonger dan 6 jaar (ICPcovid). De Omicron-variant kent een ander verloop met proportioneel meer opnames van jongeren en kinderen dan met de Delta-variant (data van Zuid-Afrika, VS en UK, niet bevestigd in Denemarken waar eenzelfde verloop wordt gezien als met de Delta-variant).
Dit ernstige verloop is niet voorspelbaar: uit Europese gegevens blijkt dat 78% van de gehospitaliseerde kinderen met COVID-19 geen onderliggende aandoeningen had. Bij kinderen met een aandoening is het risico van opname wel 12 keer hoger dan bij gezonde kinderen (ECDC).
Bij een COVID-besmetting zijn ook andere aandoeningen mogelijk:
Multi-systemisch inflammatoir syndroom in kinderen (MIS-C). MIS-C is een zeldzame maar ernstige ontsteking in meerdere orgaansystemen waarbij kinderen aanhoudende koorts hebben en dat kan leiden tot orgaanfalen. Per 10.000 kinderen die besmet raken, hebben 2 tot 5 ermee af te rekenen, blijkt in de VS en Duitsland. Indien op tijd herkend is deze ontsteking in de meeste gevallen goed te behandelen. Nieuwe gegevens uit landen waar kinderen van 12 tot 18 jaar gevaccineerd worden met COVID-vaccins, tonen dat de kans op MIS-C na COVID-infectie duidelijk lager is bij gevaccineerde kinderen dan bij niet gevaccineerde (Levy, Miller).
De kans op het ontwikkelen van een myocarditis (hartontsteking) bij niet-gevaccineerde jongeren bij het doormaken van een actieve COVID-19 infectie is 1 op 5.000.
Een aantal mogelijke langetermijnsgevolgen van een COVID-infectie bij kinderen zijn nog niet goed gekend, zoals de langtermijnsgevolgen van "long covid".
Er wordt verder ook onderzocht of een COVID-infectie de kans op het krijgen van diabetes verhoogt. Sommige studies wijzen op dit moment in deze richting, maar er zijn meer gegevens nodig (Barrett, Unsworth, Khunti, NEJM correspondance). Bovendien kunnen de geur- en smaakveranderingen leiden tot tijdelijke voedingsproblemen bij jonge kinderen.
We weten ook niet of toekomstige varianten van COVID-19 niet meer ziekte bij kinderen kan opwekken. De vaccins kunnen minder goed werken tegen nieuwe varianten. Met de huidige vaccins zien we dat ze minder goed beschermen tegen infectie met nieuwe varianten maar dat ze wel nog een goede bescherming bieden tegen ernstige ziekte en hospitalisatie door nieuwe varianten.
Wat data:
Ziekenhuisopnames bij kinderen door een COVID-19-infectie blijven zeldzaam. In België zijn sinds de start van de epidemie tot eind november 2022 slechts 135 kinderen in het ziekenhuis opgenomen wegens COVID-19 (daarnaast waren er nog 192 kinderen met COVID die om een andere reden opgenomen werden in het ziekenhuis). Geen enkel kind van die leeftijd overleed aan COVID-19.
Gegevens uit Zuid-Afrika en de UK (van 31 december 2021) tonen aan dat een basisvaccinatie bij volwassenen, een bescherming van 67% biedt tegen ernstige verwikkelingen en hospitalisatie door Omicron tot 6 maanden na de basisvaccinatie, en van 51% na meer dan 6 maanden. Met een boostervaccinatie stijgt deze bescherming tegen verwikkelingen en hospitalisatie naar bijna 70%. 2 weken na de boosterprik is de werkzaamheid tegen hospitalisatie of symptomatische infectie door de Omicron-variant
2. Bescherm het welzijn en de ontwikkelingskansen van kinderen
Elke gevaccineerde persoon is een extra barrière voor de verspreiding van het COVID-19-virus. Als veel kinderen zich laten vaccineren tegen COVID-19, kan COVID-19 zich dus minder snel en minder breed verspreiden in de hele bevolking.
Golven van besmettingen zijn niet uitgesloten, maar zijn dan kleiner en van kortere duur als ook de kinderen gevaccineerd zijn. Dat zorgt ervoor dat het leven, het onderwijs, de vrijetijdsbeleving en dus de algemene ontwikkelingskansen van kinderen minder verstoord worden:
- Minder besmettingen bij kinderen en hun gezinsleden betekent minder isolatie en quarantaine voor kinderen, hun gezinsleden en hun vrienden en klasgenoten.
- Ook de scholen krijgen minder te kampen met isolaties en quarantaines en zullen dus minder vaak klassen moeten onderbreken.
- Leerkrachten en medewerkers van centra voor leerlingenbegeleiding (CLB) hebben meer tijd voor onderwijs en begeleiding van kinderen op school. Ze vallen zelf minder uit door ziekte of quarantaine en hoe minder besmettingen, hoe minder tijd ze hoeven te spenderen aan bestrijding van COVID-19 op school.
- Ook de sport- en hobby- en talentenclubs, -activiteiten en -kampen voor kinderen worden minder verstoord als er minder besmettingen zijn. Begeleiders vallen minder vaak uit, activiteiten hoeven minder vaak te worden afgelast.
- De overheid hoeft minder ingrijpende maatregelen te nemen om de verspreiding van het virus tegen te gaan. Er is dus minder kans dat scholen gesloten moeten worden of activiteiten voor kinderen afgelast moeten worden.
Wat data:
- Tijdens de vierde golf in Vlaanderen (oktober-december 2021) bleken basisscholen, waar kinderen nog niet gevaccineerd konden worden, vaker de deuren te moeten sluiten wegens teveel besmettingen en/of personeelsuitval van basischolen (waar kinderen wel al gevaccineerd konden worden). Eind november bijvoorbeeld moesten 69 scholen in Vlaanderen de deuren sluiten, waarvan 49 basisscholen, 19 secundaire scholen en 1 internaat.
- Het Europese Centrum voor Infectieziektepreventie en -Controle (ECDC) heeft berekend dat de vaccinatie bij kinderen van 5-11-jaar de meeste impact heeft op de verspreiding van COVID-19 in landen waar ook de vaccinatie bij volwassenen hoog is, zoals in Vlaanderen het geval is. Volgens het ECDC kan de vaccinatie van kinderen de verspreidingssnelheid van COVID-19 tot 15% doen afnemen. Zo’n vermindering heeft een groot effect op de duurtijd en hoogte van besmettingsgolven. Dit betekent dat de maatschappij minder lang de gevolgen van deze besmettingsgolven hoeft te dragen zoals het langdurig sluiten van scholen, annuleren van activiteiten, enz.
3. Vaccinatie van kinderen beschermt ouders, andere gezinsleden, grootouders en vele andere mensen
Een gevaccineerd kind heeft minder risico om besmet te geraken met COVID-19 en heeft dan ook minder risico om andere mensen te besmetten. Het risico op besmetting en doorgeven van een besmetting is niet uitgesloten, maar kleiner. We wetennog niet precies hoeveel bescherming de vaccins bieden tegen besmetting en doorgeven van besmetting met de Omicron-variant, maar kunnen toch al stellen dat vaccinatie die risico's verkleint.De effectiviteit van de booster tegen infectie door Omikron bij pas gevaccineerde 5-tot 11-jarigen bedraagt 69%, en ze lopen ongeveer 76 % minder kans om gehospitaliseerd te worden, zo blijkt uit recente cijfers van de staat New York van 7 januari 2022 (VS)
Door zich te vaccineren geeft een kind dus extra bescherming aan de mensen met wie het vaak in contact komt. De ouders, gootouders, mensen op school of in de vrijetijdsbeleving…
De meeste volwassenen in Vlaanderen zijn ook gevaccineerd. Door ook de kinderen te vaccineren, hebben ze een dubbele bescherming als ze contact hebben met het kind: hun eigen vaccin en het vaccin van het kind.
De vierde golf in Vlaanderen (oktober-december 2021) heeft getoond dat het virus verhoudingsgewijs meer circuleerde bij de niet-gevaccineerde jonge kinderen dan bij de grotendeels gevaccineerde volwassen bevolking. Het virus kon daar sterk aanwezig blijven en vandaar voor besmettingen zorgen bij de volwassenen, vaak ondanks hun vaccinatie. Door zoveel mogelijk kinderen te vaccineren, zorgen we ervoor dat het virus veel minder de kans krijgt om bij hen de ronde te doen en vandaar over te springen naar meer kwetsbare volwassen personen zoals ouderen, zieke mensen, zwangere vrouwen enz.
4. Immuniteit opwekken door vaccinatie is beter dan immuniteit door besmetting
Je kind immuniteit tegen COVID-19 laten opwekken doe je beter met een vaccin dan met een COVID-besmetting.
Bij vaccinatie wordt de immuniteit op een veilige en gecontroleerde manier opgewekt. Dit is onderzocht en gemeten in de klinische studies van de vaccins waar bewezen is dat de vaccins veilig en effectief zijn in het creëren van een immuunrespons. Bij een COVID-19 besmetting is er altijd risico op ziekte (klein risico bij kinderen) en het risico dat de besmetting wordt overgedragen naar andere mensen.
Meerdere studies tonen aan dat immuniteit door vaccinatie na besmetting beter is dan immuniteit enkel door besmetting (Crotty, Cele, Wilhelm, Cavanaugh, pdf bestandtechnical-briefing-34-14-january-2022.pdf (4.92 MB)). Herinfecties met ziektelast komen vaker voor bij mensen die enkel bescherming hebben door eerdere infectie en minder bij volledig gevaccineerden. Na vaccinatie is die kans op ziekte vanwege COVID-19 kleiner. Een recente studie van het Imperial College London toont aan dat de kans op herinfectie door de Omicron-variant na een natuurlijke infectie groter dan is bij de Deltavariant, en groter dan de kans op herinfectie na volledige vaccinatie (incl. booster). (Pulliam) De hoeveelheid bewijs voor immuniteit door infectie is beperkter dan die voor immuniteit opgewekt door vaccinatie in termen van de kwaliteit van het bewijs en soorten studies.
Meer informatie kan je hier lezen: CDC Science Brief, John Hopkins, Goel, Skelly)
Vaccinatie geeft bij de grote meerderheid van de mensen een sterke immuunrespons. Na een besmetting met COVID is de immuunrespons bij mensen heel verschillend. Doorgaans is de immuniteit lager als de persoon geen of milde klachten doormaakt bij de besmetting. Kinderen krijgen vaak weinig klachten en behoren hiertoe. Je weet dus niet hoe robuust de immuunreactie is bij je kind na een besmetting.
Hoe lang de bescherming na vaccinatie van een kind aanhoudt, moet nog onderzocht worden. Er zijn wel al data die tonen dat de vaccins goede bescherming bieden tegen ziekte en deels ook tegen besmetting door de Omicron-variant (zie eerder). Bij vaccinatie wordt de immuniteit op een voorspelbare manier opgewekt. Maar na een besmetting is de duurtijd en mate van de immuniteit variabel van persoon tot persoon en neemt ze af met de tijd. Een eerdere infectie met de Delta- of Beta-variant biedt zonder vaccinatie geen goede bescherming tegen een herbesmetting met de Omicron-variant.
Ook als een kind al besmet is geweest met COVID-19, is het beter om het kind nog te laten vaccineren. De immuniteit die opgewekt is na de besmetting kan immers niet sterk geweest zijn of al verdwenen zijn. Een vaccinatie na een besmetting zorgt voor een booster en zal de immuniteit terug sterk opwekken.
In het algemeen (los van COVID19-vaccinatie en ziekte) mogen we er niet van uitgaan dat een natuurlijke infectie automatisch een levenslange bescherming geeft. Het beste voorbeeld daarvan is kinkhoest, waarvan we weten dat mensen 10 à 15 jaar na een natuurlijke infectie opnieuw vatbaar zijn. Idem dito voor de winter-coronavirussen; ook die geven een tijdelijke immuniteit, en zeker niet levenslang.
https://www.laatjevaccineren.be/wie-waar-en-wanneer/5-11-jarigen